Blog van een weidevogelaar 2

28 maart 2014Mark

Rondgewandeld in de nieuwe speelplaats voor mijn weidevogelarij. Het Wormer en Jisperveld. Wat een feest! En dan te bedenken dat ik dit voorjaar hier elke week een paar dagen mag zijn. Hoeveel geluk kan een mens hebben?

De kieviten komen op stoom. Veel stoere kerels die kuiltjes krabben en met zoevende vleugels en schor gekieft om elkaar heen duikelen. Maar ook al vogels die vast op de eieren zitten. Ik schat dat 25% van de vogels nu op een nest zit. De mest is gelukkig op veel plaatsen al uitgereden, maar ik zie her en der nog een giertank rijden en zelfs een oude boer op een antieke trekker een al even oude en even gebutste rol rondrijden. Gelukkig zijn de nesten daar gemarkeerd met een stokje. Vorig jaar konden de werkzaamheden plaatsvinden op de bevroren grond waar nog ei lag. Nu moeten de nestenzoekers vlot uit de startblokken om hun klus te klaren.

Op de diverse speciaal voor hen aangelegde plasdras percelen nog groepen grutto’s. Tegelijkertijd al paartjes die zo tevreden aan de slootkant staan dat ik er niet aan twijfel: deze vogels gaan hier broeden. Sommige zijn bijna handtam en ik kan wat leuke foto’s en bibberige filmpjes maken met het kleine cameraatje.

De zeekieften, door buitenlanders ook wel scholeksters genoemd, zitten in gezellige sozen. Die denken nog niet aan eieren leggen.

Een paar dagen terug trof ik helemaal in het westen een sneeuwgans met twee jongen van vorig jaar. Mijn varensgezel was verbaasd. Zou die andere ouder gesneuveld zijn? Dat blijkt niet het geval. Kilometers verder naar het oosten vind ik haar (of hem?) terug. Ze is er vandoor met een ander. Het iele sneeuwgansje zit naast een enorm vormeloos blok van een grauwe ganzengent. Ze kijkt voortdurend dolverliefd op naar de krachtpatser. Als de dikzak drie stappen naar voren doet, dribbelt ze er achteraan. Mijn vak is zorgen dat de vogels in de wei zich kunnen reproduceren. Maar hierover maak ik me toch wat zorgen.

Gesproken met boeren, terreinbeheerders, hondenuitlaters en vogelspotters. Iedereen geniet van de natuur. Iedereen is begaan met de grutto’s. Het zijn er minder dan vroeger. Dat komt door anderen, die anderen moeten het oplossen.

De jongen en het meisje dat hun autootje helemaal achterin een doodlopend boerenpaadje parkeerden, heb ik maar discreet met rust gelaten. De wagen van het stelletje wipt in de verte op en neer. Dit wordt een reproductief jaar!

Denk eens in: grauwe sneeuwganskuikens…!?

De zon gaat rood onder. Oemp, oemp roept een roerdomp in de verte. Een bruine kiekendief vliegt schommelend over de wei. Een erfhond komt blaffend op me af. Ik ga op mijn hurken en spreek hem zacht toe: de komende jaren komen hier meer grutto’s. Meer, meer, meer, meer. Dat gaan we regelen. De hond kwispelt.

sneeuwgans

[ssba]

Dit bericht is geplaatst in blog. Bookmark de permalink.