Vanaf het begin van de negentiende eeuw nam de ontwikkeling van vogelboeken een grote vlucht. Natuurhistorische onderzoekers bereisden alle uithoeken van de wereld en namen op hun tochten tal van vogels mee terug naar Europa en de Verenigde Staten, die vervolgens door ornithologen voor de westerse wetenschap werden beschreven.
Daarnaast was er geld om uitbundige boeken met prachtige platen op groot formaat te maken (en rijke geïnteresseerden om ze vervolgens aan te verkopen). De druktechnieken volgden elkaar in snel tempo op, waardoor vogels natuurgetrouwer konden worden afgebeeld en afbeeldingen eenvoudiger konden worden gereproduceerd. Tot slot daalde het inzicht langzaam in dat je, om een vogel goed te kunnen bestuderen, hem niet per se uit de bomen of uit de lucht hoeft te schieten. Deze combinatie van factoren zorgde ervoor dat in deze eeuw de mooiste vogelboeken ooit zijn vervaardigd.
Speciaal voor de Vogelwerkgroep Amsterdam vertelt schrijver Alexander Reeuwijk verhalen over de ontwikkeling van deze ornithologische parels, gelardeerd met tal van afbeeldingen van vogelboeken uit collectie van de Artis Bibliotheek.
De lezing vindt plaats in Buurtsalon Jeltje, Eerste Helmersstraat 106M. Hij begint om 20 uur, de zaal is open om 19:30 u. Iedereen is welkom!