In november 2013 meldde Ellen de Bruin een lading gedumpt afval in Waterland, op de Hoeckelingsdam (door vogelaars ook wel Kinseldam genoemd). Jelle Abma en Roeland Bom hebben de laatste dag van het jaar de goede daad verricht dit afval van het eiland te verwijderen. Nadat de zware stalen boot te water gelaten was, namen zij de roeipeddels ter hand en trotseerden het koude winderige weer. Met behulp van wat hevige spierinspanning bewoog de boot zich richting de Hoeckelingsdam.
“Het plan was om het vuil weg te halen van de Hoeckelingsdam. Een kleine opgave maar wel een waardevolle. Dus met kruiwagen en schep in de aanslag zijn we de Hoeckelingsdam van zuid naar noord opgelopen. Het veroorzaakte wel even een verstoring van de vogels; maar met de reden in het achterhoofd hebben we de stoute laarzen toch aangetrokken. Vele Kieviten, Goudplevieren, Kemphanen en Bonte Strandlopers vlogen de lucht in. Wulpen jubelden het uit. Tot onze grote verbazing zaten er vijf Kleine Zwanen in de Kinselbaai. De werking van aanwezigheid van voedsel (wortelknollen van fonteinkruiden) in de baai is dan toch aanwezig.
Plots kwam voor ons een vrouwtje Havik om hoog. Toch maar even kijken wat er aan de hand was. Overal lagen veren en, verspreid, darmen in het rond geslingerd. Dichterbij bleek de Havik een volwassen Kolgans te hebben geslagen! De gans was nog een beetje warm, zo kort geleden was het gebeurd.
Verderop kwamen we de vier lepelaarnesten tegen waar de jongen uit het ei zijn gekropen in het jaar 2013.
We realiseerden ons dat we eigenlijk voor het afval kwamen en dat we haast moesten maken om verdere verstoring te beperken. Eenmaal bij het vuil aangekomen moesten we goed bedenken wat er mee te doen, het was meer dan we dachten. Dus de boot erbij gehaald en het verzamelde spul erin geladen; de boot was bijna geheel gevuld. Uiteindelijk hebben we de spierkracht weer bij elkaar verzameld en zijn we naar de steiger gevaren. Daar kwam Ton, met de aanhanger om het vuil later in de week naar de gemeentewerf in Monnickendam te brengen.
Na het laden van de aanhanger moesten wij uiteindelijk nog drie kwartier tegen de schuimkoppende golven in roeien om de boot weg te brengen.
Het was een mooie dag.”